Ruud Gullit over stijl: hoe de Italianen zijn stijlvisie gevormd hebben

CREDITS: Philips

Een goede wijn behoeft geen krans. Ruud Gullit had het gewoon; voetbalgogme, techniek, scorend vermogen, drive, durf en kopkracht (hallo, EK ‘88). Maar hij had bovenal ook uitstraling. Zijn heerlijke snor en dreadlocks waren alleen al goed voor knikkende knietjes. Óp én naast de grasmat.

Dit interview is afkomstig uit MANIFY Magazine #4. Ook interviews met o.a. coverster Joshua Nolet, topfotograaf Philippe Vogelenzang en wereldreiziger Chris Zegers lezen? Ga naar je favoriete boekwinkel of bestel ons vierde paradepaardje hier online!

De stijlvisie van Ruud Gullit

Op uitnodiging van Philips OneBlade kregen we de kans om Ruud te spreken tijdens de presentatie het e-sportsteam Team Gullit. Daar vertelt hij: ‘Ook jongere generaties hoop ik te inspireren om hun eigen persoonlijkheid en stijl te durven uiten, zodat je lekkerder in je vel zit. Daarom ben ik trots op de samenwerking die Team Gullit is aangegaan met Philips OneBlade.’

We zitten met Ruud aan tafel en spreken hem over het onderwerp stijl. Want zijn wilde haren en snor had-ie al bij PSV, maar toen hij van Eindhoven naar Milaan bewoog, bewoog zijn stijl mee. ‘Ik werd in Italië echt uitgelachen op het begin. Ik zag er ook niet uit, man; witte gympen, witte badstof-sokken, spijkerbroek en een dikke coltrui. Dat was snel klaar hoor.’

Dus die Italianen hebben je stijl wel veranderd?

‘Jááá, zeker. Voor een Italiaan is zijn imago alles, hè. Daar ga je in mee. Ze willen stijl hebben, ze zijn trots op zichzelf, en daardoor leer je jezelf ook te kleden. Wat hielp; ik vind de Italiaanse stijl ook mooi. De klassieke dan. Geen grote merkjes op de borst. Dat had je in mijn tijd ook al wel – met Versace enzo – maar dat is niet mijn ding.’

Ook in Italië had je natuurlijk jouw handelsmerk; de dreadlocks en een snor – was dat een bewussie? 

‘Nee, nee. Dat is het gewoon geworden, totaal niet bewust eigenlijk. Op een gegeven moment was ik het ook gewoon écht beu. Ik was blij dat het eraf was, maar ik kreeg commentaar, hoor. Mensen zeiden: ‘Waarom knip je het eraf, man? Dan gaat je kracht weg.’ Daar ging het mij helemaal niet om. Je beweegt gewoon met je eigen tijd mee. Ik ken nog steeds ex-voetballers met hetzelfde kapsel. Dat kan toch niet? Het is ergens tijd, en ik doe vaak dingen impulsief. Dus toen dacht ik; dat haar gaat weg. Zo heb ik veel stijlen gehad hè. Kort, lang, snor eraf, weer een snor. Ik zag wel dat ik een soort voorloper was, maar nooit bewust.’

‘Die dreadlocks en snor waren mijn handelsmerk, maar niet bewust’

Bewoog je stijl dan ook met het klimaat mee, bijvoorbeeld toen je bij Chelsea ging ballen?

‘Tja, voor Nederlanders en Engelsen draait het vooral om comfort. En er wordt niet zo uitgepakt. Ze geven daar veel meer geld uit. Op een vroege ochtend in Milaan loopt iedere Italiaan er strak in pak bij. Maar het was ook een hele andere cultuur in het voetbal. Ik weet nog wel dat iedereen in Italië pyjama’s droeg. In Engeland werd ik uitgemaakt voor opa toen ik ‘m aan had. Nou, dan leer je snel af hoor als Engelsen dat zeggen. Het heeft vooral te maken met periodes in je leven. De mode verandert ook, hè. Nu ben ik blij dat mannen weer mannen kunnen zijn.’

Mannen weer mannen… Verklaar u nader:

‘Ik blij dat de metro-man weg is. Dat was het een tijdje helemaal; die hele gladde man. Dat vind ik helemaal niks. Toen gingen mannen ook hun kont ontharen enzo, hou toch op. Je moet toch man kunnen zijn? Een echte man heeft haar op zijn krent. Ho, je mag er verzorgd uitzien, maar ook wel echt een man. Ik hoop ook niet dat-ie terugkomt. Met die baardgroei van mij helemaal.’

‘Ik blij dat de metro-man weg is’

Toch lijkt het ook steeds gekker te worden qua outfits. Hoe kijk je nu tegen de stijl aan van voetballers?

‘Als je het lang genoeg bewaart, is het vanzelf weer mode. Alles komt toch een keer terug. Ze kunnen elke keer wel weer iets nieuws verzinnen, maar het komt toch allemaal weer een keer terug in de mode. Nee; uiteindelijk moet Iedereen moet lekker doen wat-ie zelf wil. Een Italiaan heeft daar geen moeite mee. Wij Nederlanders wat meer. Ik vind het juist mooi als iemand zijn eigen ding doet.’

Je staat te boek als een stijlicoon. Ben jezelf nog de mode ingedoken?

‘Ja, in Engeland zelfs een eigen kledingmerk gehad, hè: ‘RUUD’. Maar dat heb ik ook nooit echt bewust opgezocht. Dat kwam toen gewoon toen gewoon zo uit. Nu heb ik nog steeds mijn eigen stijl hoor. Nog wel klassiek, beetje Italiaans, maar het moet wel comfortabel zijn. Ik reis namelijk veel. Dus lekker zo’n pak of een pantalon met stretch, dat is heerlijk, man.’

Source:
Philips