Een slag zonder superhelden. Maar met ego’s groter dan generaals. De makers van De Joodse Raad en De Slag om de Schelde komen deze maand met hun nieuwe film Het Grote Offensief.
En dat belooft opnieuw een film die je niet in je stoel laat wegzakken, maar je erin nagelt.
Zeeland in 1944: niet in je geschiedenisboekje
Vanaf 19 juni in de bioscoop: een film die de bevrijding van Nederland vanuit een ongeziene hoek belicht. Geen cliché D-Day-beelden of bevrijdingsfeesten in Parijs. Nee, Het Grote Offensief duikt diep Zeeland in. Letterlijk. Want in 1944 vormde de strijd om de Westerschelde het beslissende front in de bevrijding van ons land.
Twee geallieerde grootheden, generaal Eisenhower en veldmaarschalk Montgomery, voeren daarin niet alleen oorlog tegen de Nazi’s, maar ook tegen elkaar. Strategieën botsen, ego’s vlammen en de Zeeuwse burger zit gevangen tussen de linies.
Wie zijn de mannen achter deze mokerslag?
Producent Alain de Levita en creatief producent Matthijs van Heijningen zetten opnieuw hun tanden in de geschiedenis, samen met regisseur Victor D. Ponten (Mocro Maffia) en schrijver Maarten van der Duin. Met dramatische reconstructies, onthullend archiefmateriaal en scherpe analyses schetsen zij niet alleen de militaire puzzel, maar vooral de menselijke prijs van politieke blindheid en machtsvertoon.
De trailer laat geen ruimte voor twijfel
Vanaf nu is de trailer te bekijken en die liegt er niet om. De film voelt als een mix tussen een miniserie en een historische documentaire met ballen. Rauw, realistisch en onverbloemd. Geen heldendaden met slow motion en orkestmuziek, maar modder, twijfel en kapotgeschoten straten.
De première is op 16 juni in Het Ketelhuis in Amsterdam, waarna de film vanaf 19 juni landelijk te zien is. Verwacht geen feelgoodfilm, maar een historisch drama dat schuurt. En juist daarom zo belangrijk is.
